zondag 9 december 2012

BEWOGEN EINDE


Voor dag en dauw ons bed uit om de boot van tien uur te halen. Gelukkig krijgen we nog wel een ontbijt geserveerd. Het giet uit de hemel en de weg is glad van de modder. Fre is nog vroeger weggegaan omdat hij twee motoren in moet klaren, Rob ging er iets later achteraan. De achterhoede doet het zeer voorzichtig, we lopen zelfs het risico de boot te missen, zeker met in ons achterhoofd de lange duur van de grensovergang. Rob heeft onderweg nog een hond aangereden en moest toch door.

Bij de boot worden we aangesproken door een Marokkaan die een motor heeft voor Nederlandse vrienden van Erik. We snappen er niks van. Het blijkt achteraf de met een aanhanger gebrachte motor van Fre (Frederik!) te zijn. Bij de boot, één kilometer na het ticketoffice zien we wel Rob (zonder telefoon, want die ligt nog ergens in de woestijn) en geen Fre. Het laden en lossen is dan al begonnen. Net op tijd komt hij aan gescheurd, hij stond bij de verkeerde boot in de Spaanse enclave Cueta. Het lukt niet meer om de kapotte motor aan boord te krijgen. Veel gebel leidt er toe dat Fre weer terug moet met de boot naar Marokko om met de volgende boot naar Spanje de motor mee te nemen, deze mag niet zonder begeleiding mee. Hij moet opnieuw een kaartje kopen. 

In Spanje is het gelukkig droog, maar wel koud, er ligt verse sneeuw op de toppen van de bergen. We rijden zo'n tweehonderd kilometer over de snelweg om daarna nog een mooi stuk binnendoor te pakken. Om vijf uur kunnen we de motoren opladen. We eten met z'n vijven. Fre is nog onderweg met twee motoren en moet het hele stuk in het donker en de vrieskou afleggen. Rond twaalf uur staan alle motoren dan echt op de aanhanger, zit Fre aan de warme hap en wij aan een afsluitend wijntje.

ROMEINSE NEDERZETTING EN BLAUWE STADJES

EEN PARELTJE VOOR HET LAATST BEWAARD

Gisteravond bedachten we plotseling dat de archeologische site Volubilis, waar we eigenlijk op de tweede dag langs hadden gewild, vandaag maar vijftig kilometer lang is. De rest van de groep neemt een spannende binnendoorroute. We spreken met Thomas af dat hij ons smst over de staat van de weg, misschien pakken we onderweg die bergroute nog op. Onze route blijkt ook redelijk spannend te zijn, het is echt Marokko. Wat op de kaart een redelijke weg lijkt, komt op mijn navigatiesysteem niet eens voor. Bij een enorm steile haalspeldbocht worstel ik me, onder toeziend oog van een groepje 'hangende' Marokkoaanse mannen, slippend door de bocht. Martijn kijkt al achterom of het goed gaat, het voelde bij hem niet veel beter.



Volubilis is de moeite waard. Het is een tamelijk grote Romeinse nederzetting, waarvan in de vorige eeuw de afgravingen zijn begonnen. We mogen er zelfs zonder gids rondslenteren. Misschien weten we dan niet alles, maar het voelt voor de afwisseling lekker ontspannend. Na afloop komt uit het niets weer een Marokkaan opgedoken die zegt dat hij op onze motoren heeft gepast en dat doet hij natuurlijk niet voor niets. Dit gedrag begint ons zo langzamerhand wat te irriteren, zeker als er niks voor gedaan is. 



Het smsje van Thomas is veel zeggend: a very muddy road. We hebben gehoord dat Chefchouan, waar we vanavond slapen een heel mooi stadje is en dat we in een hotel slapen met heel romantische kamers. Even geen dirt roads meer voor ons. De romantische kamer blijkt ontzettend koud te zijn, dus gauw het stadje in. Het hele stadje bestaat uit steile straatjes met enkel witte en blauwe huisjes, erg sfeervol. Iedereen besteed zijn laatste dirhams, we hebben nog genoeg over. Verse kruiden en nootjes, dadels en nog wat kleine snuisterijen. We eten, helaas zonder Tanita, ook in de kou. Rare situatie hoor, de dame die ons bediend heeft zelf een dikke jas aan, we hebben de neiging zelfs onze muts op te houden.